Récolter in het nederlands
Vertaling: récolter, Woordenboek: frans » nederlands
Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
licht, abstraheren, netto, oogst, prikken, priemen, samenkomen, klaar, afleiden, verzamelen, keus, tokkelen, innen, plukken, opeenstapelen, verkiezing, oogsten, de oogst, oogst van, oogsttijd
Verwante woorden
Vertalingen
- cyclisme in het nederlands - wielersport, fiets, fietsen, cirkelen, fiets-
- fourneau in het nederlands - insluiten, bereik, scope, fornuis, opbergen, bakoven, bergen, ...
Willekeurige woorden
Récolter in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: licht, abstraheren, netto, oogst, prikken, priemen, samenkomen, klaar, afleiden, verzamelen, keus, tokkelen, innen, plukken, opeenstapelen, verkiezing, oogsten, de oogst, oogst van, oogsttijd
Vertalingen: licht, abstraheren, netto, oogst, prikken, priemen, samenkomen, klaar, afleiden, verzamelen, keus, tokkelen, innen, plukken, opeenstapelen, verkiezing, oogsten, de oogst, oogst van, oogsttijd