Réfléchir in het nederlands

Vertaling: réfléchir, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
weerkaatsen, menen, afspiegelen, mediteren, achten, nadenken, nagaan, reflecteren, spiegel, overdenken, zinnen, peinzen, bedenken, weerspiegelen, afwegen, opzettelijk, denken, denk, denk dat, denkt
Réfléchir in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • abstraction in het nederlands - afgetrokken, abstractie, abstract, samenvatting, onttrekking, abstractieniveau, winning
  • coupent in het nederlands - vereenvoudigen, reduceren, maaien, inkrimpen, snede, verkleinen, verlagen, ...
  • d'habitude in het nederlands - gewoonlijk, doorgaans, meestal, vaak, algemeen
  • intestinal in het nederlands - darm, intestinale, darmen, intestinaal, de darm
Willekeurige woorden
Réfléchir in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: weerkaatsen, menen, afspiegelen, mediteren, achten, nadenken, nagaan, reflecteren, spiegel, overdenken, zinnen, peinzen, bedenken, weerspiegelen, afwegen, opzettelijk, denken, denk, denk dat, denkt