Ostilità in het nederlands

ostia in het nederlands - wafeltje, gastheer, ontvangende, ontvangst, samen, van ontvangst
ostile in het nederlands - vijandig, vijandelijk, vijandige, vijandelijke, vijandig tegenover
ostinatezza in het nederlands - koppigheid, halsstarrigheid, hardnekkigheid, eigenzinnigheid, onwil
ostinato in het nederlands - verstokt, hardnekkig, halsstarrig, verbeten, koppig, hardnekkige, koppige, ...

Willekeurige woorden

hardhandig

murw

additioneel in het engels

allicht in het engels

routine in het engels

zeggen in het engels

Ostilità in het nederlands - Woordenboek: italiaans » nederlands
Vertalingen: animositeit, agressie, vijandigheid, aanval, antagonisme, vijandschap, offensief, vlaag, vijandig, vijandige, vijandelijkheid