Maart in het deens
Vertaling: maart, Woordenboek: nederlands » deens
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
deens
Vertalingen:
gå, marchere, marts, march, marchen, marcherende, fremmarch
Verwante woorden
Andere Talen
Verwante woorden: maart
1 maart, 10 maart, 2 maart, 23 maart, 25 maart, maart talen woordenboek deens, maart in het deens
Vertalingen
- maandelijks in het deens - månedlige, Månedlig, månedligt, hver måned, måneden
- maar in het deens - dog, endnu, ensom, men, blot, kun, alligevel, ...
- maas in het deens - netværk, net, mesh, maske, indgreb, masker
- maat in het deens - trappe, bror, måle, skridt, nummer, trin, broder, ...
Willekeurige woorden
Maart in het deens - Woordenboek: nederlands » deens
Vertalingen: gå, marchere, marts, march, marchen, marcherende, fremmarch
Vertalingen: gå, marchere, marts, march, marchen, marcherende, fremmarch