Afbreuk in het duits
Vertaling: afbreuk, Woordenboek: nederlands » duits
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
duits
Vertalingen:
verwundete, verletzung, verletzt, leiden, rechtsverletzung, voreingenommenheit, schaden, beschädigung, weh, zuleide, schmerzen, verletzen, leid, verwunden, Abweichend, Ausnahmeregelung, Abweichung, Ausnahme
Verwante woorden
Andere Talen
Verwante woorden: afbreuk
afbreuk antoniemen, afbreuk doen, afbreuk doen aan, afbreuk doen aan engels, afbreuk doen aan frans, afbreuk talen woordenboek duits, afbreuk in het duits
Vertalingen
- afbraak in het duits - erosion, abbau, verwüstung, degradierung, absetzung, zerstörung, erniedrigung, ...
- afbreken in het duits - bresche, abteilung, erholungspause, sammeln, verstoßen, pickel, foto, ...
- afbrokkelen in het duits - bröckeln, zerbröckeln, zerfallen, zerbröseln, zusammenbrechen
- afdak in het duits - schuppen, vergießen, gartenschuppen, penthouse, dachwohnung, baracke, Schuppen, ...
Willekeurige woorden
Afbreuk in het duits - Woordenboek: nederlands » duits
Vertalingen: verwundete, verletzung, verletzt, leiden, rechtsverletzung, voreingenommenheit, schaden, beschädigung, weh, zuleide, schmerzen, verletzen, leid, verwunden, Abweichend, Ausnahmeregelung, Abweichung, Ausnahme
Vertalingen: verwundete, verletzung, verletzt, leiden, rechtsverletzung, voreingenommenheit, schaden, beschädigung, weh, zuleide, schmerzen, verletzen, leid, verwunden, Abweichend, Ausnahmeregelung, Abweichung, Ausnahme