Woord: opmeten

Categorie: opmeten

Winkelen, Huis en tuin, Hobby's en vrije tijdsbesteding

Verwante woorden: opmeten

bh maat, bh opmeten, fiets opmeten, maat opmeten, maten opmeten, meten google maps, ogen opmeten, opmeten antoniemen, opmeten bh maat, opmeten engels, opmeten framemaat, opmeten framemaat racefiets, opmeten gordijnen, opmeten grammatica, opmeten letters, opmeten markies, opmeten opdekdeur, opmeten puzzelwoord, opmeten racefiets, opmeten ringmaat, opmeten rolgordijnen, opmeten synoniem, opmeten verleden tijd, ringmaat, ringmaat opmeten

Synoniem: opmeten

waarnemen, overzien, toezien, schouwen, opnemen, meten, afmeten, uitmeten, toemeten, de maat nemen, afpalen

Puzzelwoord: opmeten

Puzzelwoord - Statistieken:
Aantal letters - opmeten: 7
Aantal medeklinkers: 4
Aantal klinkers: 3

Vertalingen: opmeten

Woordenboek:
engels
Vertalingen:
measure, survey, measurement, measuring, to measure
Woordenboek:
spaans
Vertalingen:
medición, medida, compás, medir, medir la, medir el, medir los
Woordenboek:
duits
Vertalingen:
norm, rhythmus, maßnahme, vorkehrung, standard, maßeinheit, maß, messen, maßregel, metrum, ...
Woordenboek:
frans
Vertalingen:
taxer, allure, évaluer, étalon, coter, intervention, mesurent, arpenter, apprécier, mesurons, ...
Woordenboek:
italiaans
Vertalingen:
valutare, provvedimento, proporzione, misura, misurare, battuta, stimare, misurare la, misurazione, misurare il
Woordenboek:
portugees
Vertalingen:
medida, sarampo, padrões, norma, balizar, medir, medição, mensurar, medir a, medir o
Woordenboek:
russisch
Vertalingen:
мерило, закат, намерить, мерить, вымерить, покрывать, отмеривать, вымерять, отложения, масштаб, ...
Woordenboek:
noors
Vertalingen:
mål, måle, takt, bedømme, måte, måling, måler, å måle, måles
Woordenboek:
zweeds
Vertalingen:
mått, uppskatta, takt, mäta, mäter, mätning, mät, mätning av
Woordenboek:
fins
Vertalingen:
mittaus, mitata, toimenpide, teko, arvioida, kohtuus, perusmalli, mitta, normi, mittailla, ...
Woordenboek:
deens
Vertalingen:
måling, måle, mål, forholdsregel, måler, at måle, måling af
Woordenboek:
tsjechisch
Vertalingen:
zákrok, opatření, ocenit, míra, změřit, krok, vážit, odměřit, měřítko, měřit, ...
Woordenboek:
pools
Vertalingen:
rozmierzać, jednostka, przymiar, wymierzyć, zabieg, mierzyć, posunięcie, środek, ocenić, sposób, ...
Woordenboek:
hongaars
Vertalingen:
fok, intézkedés, mérésére, mérni, mérése, mérjük
Woordenboek:
turks
Vertalingen:
ölçek, tedbir, ölçmek, standart, ölçü, ölçülmesi, ölçün, ölçüm, ölçen
Woordenboek:
grieks
Vertalingen:
μετρώ, μέτρο, τη μέτρηση, μέτρηση της, μετρήσει, μετρούν
Woordenboek:
oekraïens
Vertalingen:
помітно, вимірювати, виміряти
Woordenboek:
albanees
Vertalingen:
masë, matur, të matur, të masë, masin
Woordenboek:
bulgaars
Vertalingen:
измерване, мера, стандарт, мярка, измери, измерване на, се измери
Woordenboek:
wit-russisch
Vertalingen:
вымяраць, мерыць
Woordenboek:
ests
Vertalingen:
mõõt, abinõu, mõõtma, mõõta, mõõtmiseks, mõõdetakse, meede
Woordenboek:
kroatisch
Vertalingen:
mjerilo, ocijeniti, odmjeriti, izmjeriti, mjeriti, mjera, mjerenje, mjeri
Woordenboek:
ijslands
Vertalingen:
mæla, að mæla, meta, mælt
Woordenboek:
latijn
Vertalingen:
modus
Woordenboek:
litouws
Vertalingen:
priemonė, standartas, būti, įvertinti, matuoti, išmatuoti, vertinti
Woordenboek:
lets
Vertalingen:
mērīšana, pasākums, izmērīt, mērīt, novērtēt, novērtētu
Woordenboek:
macedonisch
Vertalingen:
мерење, мерење на, мерка, се измери, измери
Woordenboek:
roemeens
Vertalingen:
evalua, măsură, măsura, măsurarea, a măsura, măsoară
Woordenboek:
sloveens
Vertalingen:
míra, merjenje, meriti, izmeriti, merjenju, merijo
Woordenboek:
slovaaks
Vertalingen:
mira, merať, merít, opatrenia, opatrení, opatrenie

Populariteit statistieken: opmeten

Meest gezocht door steden

Eindhoven, Utrecht, Groningen, Den Haag, Rotterdam

Meest gezocht door regios

Gelderland, Friesland, Noord-Brabant, Overijssel, Utrecht

Willekeurige woorden