Opływać in het nederlands

Vertaling: opływać, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
roeien, toerbeurt, gelid, dispuut, redetwist, beurt, file, rij, twistgesprek, heibel, kwestie, reeks, ruzie, herrie, stromen, vloeien, stroom, stroomt, stroming
Opływać in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • opłukiwać in het nederlands - plassen, kabbelen, klapperen, ronde, spoelen, afspoelen, spoel, ...
  • opłynięcie in het nederlands - omvaart, omzeiling, circumnavigation, rondreis, zeiltocht
  • opływowość in het nederlands - stroomlijnen, stroomlijning, stroomlijnen van, het stroomlijnen, stroomlijning van
  • opływowy in het nederlands - gestroomlijnd, stroomlijn, stroomlijnen, te stroomlijnen, stroomlijnen van
Willekeurige woorden
Opływać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: roeien, toerbeurt, gelid, dispuut, redetwist, beurt, file, rij, twistgesprek, heibel, kwestie, reeks, ruzie, herrie, stromen, vloeien, stroom, stroomt, stroming