Rozpoczynać in het nederlands
Vertaling: rozpoczynać, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aanbreken, huren, ingaan, openen, open, inaugureren, openlijk, aanbinden, opendoen, openmaken, aanvangen, beginnen, voortzetten, post, na, bericht, paal, na de
Verwante woorden
Vertalingen
- dylemat in het nederlands - dilemma, dilemma van, dilemma te
- namaszczony in het nederlands - gezalfd, gezalfde, zalfde, gezalfden, zalfden
- paskuda in het nederlands - zwijn, varken, bungling, geknoei, gestuntel, geklungel, onbeholpen
- przebierać in het nederlands - soort, omkeer, kleingeld, fijnhakken, kentering, wijziging, slag, ...
Willekeurige woorden
Rozpoczynać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: aanbreken, huren, ingaan, openen, open, inaugureren, openlijk, aanbinden, opendoen, openmaken, aanvangen, beginnen, voortzetten, post, na, bericht, paal, na de
Vertalingen: aanbreken, huren, ingaan, openen, open, inaugureren, openlijk, aanbinden, opendoen, openmaken, aanvangen, beginnen, voortzetten, post, na, bericht, paal, na de