Заселять in het nederlands

Vertaling: заселять, Woordenboek: russisch » nederlands

Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
gewas, fabriek, neerleggen, aanspannen, mensen, lui, plant, afhandelen, leggen, zetten, poten, volk, huizen, afdoen, resideren, lieden, vestigen, beslechten, regelen, vereffenen, verrekenen
Заселять in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • заселенный in het nederlands - bevolkte, bevolkt, bewoonde, dichtbevolkte, dichtbevolkt
  • заселить in het nederlands - mensen, lieden, resideren, lui, wonen, huizen, volk, ...
  • засесть in het nederlands - bende, gelegen, stel, streep, drift, strook, hulpmiddelen, ...
  • засечка in het nederlands - hakken, kanker, kerf, maaien, sein, verkleinen, zegel, ...
Willekeurige woorden
Заселять in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: gewas, fabriek, neerleggen, aanspannen, mensen, lui, plant, afhandelen, leggen, zetten, poten, volk, huizen, afdoen, resideren, lieden, vestigen, beslechten, regelen, vereffenen, verrekenen