Обитель in het nederlands
Vertaling: обитель, Woordenboek: russisch » nederlands
Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
kwartier, woning, domicilie, logies, onderkomen, woonplaats, verblijf, verblijfplaats, bleef
Verwante woorden
Vertalingen
- обитатель in het nederlands - staatsburger, bewoner, gevangene, ingezetene, burger, inwoner, aanwezige, ...
- обитать in het nederlands - wonen, leven, levend, levendig, standhouden, huizen, resideren, ...
- обитый in het nederlands - gestoffeerde, gestoffeerd, beklede, bekleed, bekleding
- обить in het nederlands - beschot, wagenschot, paneel, dashboard, instrumentenbord, stofferen, bekleden, ...
Willekeurige woorden
Обитель in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: kwartier, woning, domicilie, logies, onderkomen, woonplaats, verblijf, verblijfplaats, bleef
Vertalingen: kwartier, woning, domicilie, logies, onderkomen, woonplaats, verblijf, verblijfplaats, bleef