Odpor in het nederlands
Vertaling: odpor, Woordenboek: slovaaks » nederlands
Brontaal:
slovaaks
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
hekel, opstand, vijandelijk, antipathie, tegenweer, tegenstand, tegenzin, immuniteit, onlusten, walg, rebelleren, walging, afkeer, afschrik, weerzin, tegenspeler, weerstand, resistentie, verzet, weerstand tegen
Verwante woorden
Vertalingen
- odpojiť in het nederlands - loskoppelen, afkoppelen, losmaken, uitschakelen, verbreken
- odpojovač in het nederlands - isolator, isolatorinrichting, scheidingsschakelaar, hoofdschakelaar, scheider
- odpornosť in het nederlands - afstotelijkheid
- odporný in het nederlands - vuig, akelig, misselijk, lelijk, vervelend, vreselijk, gemeen, ...
Willekeurige woorden
Odpor in het nederlands - Woordenboek: slovaaks » nederlands
Vertalingen: hekel, opstand, vijandelijk, antipathie, tegenweer, tegenstand, tegenzin, immuniteit, onlusten, walg, rebelleren, walging, afkeer, afschrik, weerzin, tegenspeler, weerstand, resistentie, verzet, weerstand tegen
Vertalingen: hekel, opstand, vijandelijk, antipathie, tegenweer, tegenstand, tegenzin, immuniteit, onlusten, walg, rebelleren, walging, afkeer, afschrik, weerzin, tegenspeler, weerstand, resistentie, verzet, weerstand tegen