Confundir in het nederlands

Vertaling: confundir, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
mixen, vergissing, fout, beschamen, vermengen, wassen, misverstand, temperen, dwaling, mengen, abuis, verwarren, mengsel, dooreenhalen, verbijsteren, te beschamen, te verwarren
Confundir in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • confrontación in het nederlands - confrontatie, de confrontatie, confrontaties
  • confrontar in het nederlands - confronteren, te confronteren, geconfronteerd, confrontatie, hoofd te bieden
  • confusión in het nederlands - verwarring, verwardheid, wanorde, verwarring te, verwarringsgevaar
  • confutar in het nederlands - weerleggen, te weerleggen, weerleg, het weerleg, wederleggen
Willekeurige woorden
Confundir in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: mixen, vergissing, fout, beschamen, vermengen, wassen, misverstand, temperen, dwaling, mengen, abuis, verwarren, mengsel, dooreenhalen, verbijsteren, te beschamen, te verwarren