Padecer in het nederlands
Vertaling: padecer, Woordenboek: spaans » nederlands
Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
verdragen, uithouden, ondergaan, voortduren, aanhouden, beklijven, duren, toelaten, lijden, doorstaan, dulden, dragen, uitstaan, standhouden, velen, hebben, moeten, moet, zijn, heeft
Verwante woorden
Vertalingen
- pacto in het nederlands - medegevoel, verdrag, samenklank, overeenkomst, verbintenis, verhandeling, akkoord, ...
- pacífico in het nederlands - kalm, vredig, Stille Oceaan, Stille Zuidzee, Grote Oceaan, vreedzaam, Pacific
- padecimiento in het nederlands - arm, zielig, schamel, beklagenswaardig, lijden, lijdend, die lijden, ...
- padrastro in het nederlands - hinderpaal, obstakel, hindernis, beletsel, stiefvader, stiefvader van, stepfather, ...
Willekeurige woorden
Padecer in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: verdragen, uithouden, ondergaan, voortduren, aanhouden, beklijven, duren, toelaten, lijden, doorstaan, dulden, dragen, uitstaan, standhouden, velen, hebben, moeten, moet, zijn, heeft
Vertalingen: verdragen, uithouden, ondergaan, voortduren, aanhouden, beklijven, duren, toelaten, lijden, doorstaan, dulden, dragen, uitstaan, standhouden, velen, hebben, moeten, moet, zijn, heeft