Picar in het nederlands

Vertaling: picar, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
prikken, pikken, jeuk, priemen, knagen, leuter, branden, krieuwelen, schram, jeuken, knauwen, happen, knabbelen, aanbranden, beet, pik, itch, kriebelen, jeuk te
Picar in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • picante in het nederlands - pikant, scherp, smoorheet, gloeiend, prikkelend, gekruid, heet, ...
  • picaporte in het nederlands - klink, vergrendeling, grendel, latch, hendel
  • picazón in het nederlands - krieuwelen, jeuk, kriebelen, jeuken, itch, jeuk te
  • pichón in het nederlands - houtduif, ringduif, woudduif, duif, gedrongen, rugleuning, squab, ...
Willekeurige woorden
Picar in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: prikken, pikken, jeuk, priemen, knagen, leuter, branden, krieuwelen, schram, jeuken, knauwen, happen, knabbelen, aanbranden, beet, pik, itch, kriebelen, jeuk te