Náraz in het nederlands

Vertaling: náraz, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aanvaring, aanrijding, schok, beïnvloeden, inslaan, aandoen, opvallen, bewegen, houwen, raken, botsing, klappen, houw, opschudden, aaien, bochel, gevolgen, effect, invloed, effecten
Náraz in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • nárameník in het nederlands - epaulet, schouderbedekking
  • náramný in het nederlands - fantastisch, geweldig, kolossaal, reusachtig, gigantisch, enorm, dom, ...
  • nárazník in het nederlands - bumper, stootkussen, buffer, bumpersticker, bumperstickers, de bumper
  • národ in het nederlands - land, volksstam, dalen, lui, ondergrond, lieden, openbaar, ...
Willekeurige woorden
Náraz in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: aanvaring, aanrijding, schok, beïnvloeden, inslaan, aandoen, opvallen, bewegen, houwen, raken, botsing, klappen, houw, opschudden, aaien, bochel, gevolgen, effect, invloed, effecten