Nadvláda in het nederlands
Vertaling: nadvláda, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
zwaaien, beheersen, heerschappij, regel, regeren, gouw, leiden, controle, gewest, territoir, zwieren, beginsel, principe, controleren, grondbeginsel, dominion, overheersing, dominantie, dominatie, domineren
Verwante woorden
Vertalingen
- nadutost in het nederlands - trots, aanmatiging, arrogantie, hoogmoed, hooghartigheid, hoogheid, haughtiness
- nadutý in het nederlands - fier, aanmatigend, laatdunkend, hoog, verheven, arrogant, onbescheiden, ...
- nadvýroba in het nederlands - overproduktie, overproductie, de overproductie, een overproductie, van overproductie
- nadzemní in het nederlands - bovengronds, voelhoorn, voelspriet, spriet, ra, antenne, voelhoren, ...
Willekeurige woorden
Nadvláda in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: zwaaien, beheersen, heerschappij, regel, regeren, gouw, leiden, controle, gewest, territoir, zwieren, beginsel, principe, controleren, grondbeginsel, dominion, overheersing, dominantie, dominatie, domineren
Vertalingen: zwaaien, beheersen, heerschappij, regel, regeren, gouw, leiden, controle, gewest, territoir, zwieren, beginsel, principe, controleren, grondbeginsel, dominion, overheersing, dominantie, dominatie, domineren