Betala in het nederlands
Vertaling: betala, Woordenboek: zweeds » nederlands
Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
bezoldiging, verdienste, uitbetalen, betaling, uitkeren, salaris, gage, dokken, loon, wedde, voldoen, betalen, schenken, traktement, storten, betaalt, te betalen, betaal, besteden
Verwante woorden
Vertalingen
- besöka in het nederlands - bezoek, afgaan, visite, bezoeken, opzoeken, bezoekje, verblijven
- beta in het nederlands - weiden, grazen, bèta, beta-
- betalning in het nederlands - betaling, afbetaling, storting, voldoening, uitkering, uitbetaling, de betaling, ...
- bete in het nederlands - aas, lokaas, lokken, bait, aas te
Willekeurige woorden
Betala in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: bezoldiging, verdienste, uitbetalen, betaling, uitkeren, salaris, gage, dokken, loon, wedde, voldoen, betalen, schenken, traktement, storten, betaalt, te betalen, betaal, besteden
Vertalingen: bezoldiging, verdienste, uitbetalen, betaling, uitkeren, salaris, gage, dokken, loon, wedde, voldoen, betalen, schenken, traktement, storten, betaalt, te betalen, betaal, besteden