Hiss in het nederlands

Vertaling: hiss, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
optillen, beuren, lift, heffen, verheffen, oprichten, dresseren, ophalen, ophogen, opslaan, rooien, opgraven, fokken, verhogen, de lift, elevator, een lift
Hiss in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • hink in het nederlands - emmer, bak, bucket
  • hinna in het nederlands - verdienen, buit, winst, verkrijgen, verwerven, voordeel, treffen, ...
  • hissa in het nederlands - hijsen, ophijsen, takel, hijstoestel, hefwerktuig, hoist
  • historia in het nederlands - verhaal, historie, geschiedenis, kroniek, verhaal van, verdiepingen, verhaal te
Willekeurige woorden
Hiss in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: optillen, beuren, lift, heffen, verheffen, oprichten, dresseren, ophalen, ophogen, opslaan, rooien, opgraven, fokken, verhogen, de lift, elevator, een lift