Råna in het nederlands

Vertaling: råna, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
stropen, buitmaken, roven, plunderen, beroven, bestelen, Rob, te beroven
Råna in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • råg in het nederlands - rogge, van rogge, voor rogge
  • rån in het nederlands - roof, wafeltje, overval
  • röd in het nederlands - blozend, rood, rode, red
  • rök in het nederlands - damp, nicotineverslaving, uitwasemen, roken, uitwaseming, smoken, rook, ...
Willekeurige woorden
Råna in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: stropen, buitmaken, roven, plunderen, beroven, bestelen, Rob, te beroven