Évoquer en néerlandais
Traduction: évoquer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
opkweken, aanroepen, kweken, tillen, creëren, maken, tergen, opleveren, telen, aanstoken, uitlokken, uitdagen, opslaan, afwerpen, prikkelen, ophitsen, oproepen, roepen, te roepen, op te roepen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): évoquer
invoquer, synonyme de évoquer, synonyme évoquer, évoquer antonymes, évoquer cnrtl, évoquer dictionnaire de langue néerlandais, évoquer en néerlandais
Traductions
- évoque en néerlandais - oproept
- évoquent en néerlandais - uitlokken, oproepen, roepen, te roepen, op te roepen
- évoquez en néerlandais - uitlokken, noemen, vermelden, melding, vergeten, te noemen
- évoquons en néerlandais - uitlokken, oproepen, roepen, te roepen, op te roepen
Mots aléatoires
Évoquer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: opkweken, aanroepen, kweken, tillen, creëren, maken, tergen, opleveren, telen, aanstoken, uitlokken, uitdagen, opslaan, afwerpen, prikkelen, ophitsen, oproepen, roepen, te roepen, op te roepen
Traductions: opkweken, aanroepen, kweken, tillen, creëren, maken, tergen, opleveren, telen, aanstoken, uitlokken, uitdagen, opslaan, afwerpen, prikkelen, ophitsen, oproepen, roepen, te roepen, op te roepen