Altérer en néerlandais

Traduction: altérer, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
navolging, vals, spitsroede, verschuiving, fabriceren, stukmaken, opening, verstoren, bres, aandoen, pauze, veranderen, rust, verergeren, draaien, bekeren, wijzigen, te wijzigen, te veranderen, gewijzigd
Altérer en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): altérer

altérer antonyme, altérer antonymes, altérer conjugaison, altérer données chrome, altérer définition, altérer dictionnaire de langue néerlandais, altérer en néerlandais

Traductions

  • altérant en néerlandais - veranderen, veranderend, veranderende, het veranderen, verandering
  • altération en néerlandais - afwisseling, verandering, verloop, omdraaien, wentelen, draaien, wisseling, ...
  • altérez en néerlandais - veranderen, wijzigen, stamper, knoeien, sabotage, tamper, manipuleren
  • altérons en néerlandais - veranderen, wijzigen, verontrustende, storende, verontrustend, storend, verstorende
Mots aléatoires
Altérer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: navolging, vals, spitsroede, verschuiving, fabriceren, stukmaken, opening, verstoren, bres, aandoen, pauze, veranderen, rust, verergeren, draaien, bekeren, wijzigen, te wijzigen, te veranderen, gewijzigd