Défaut en néerlandais
Traduction: défaut, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
misbruiken, zaad, derven, passeren, boeg, verzuim, uitstedigheid, misbruik, abuis, terugvallen, euvel, minus, beledigen, overgaan, absentie, nood, fout, schuld, klagen, klagen over, fout vinden
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): défaut
a défaut, chrome par défaut, defaut, défaut antonymes, défaut d'assurance, défaut dictionnaire de langue néerlandais, défaut en néerlandais
Traductions
- défalquer en néerlandais - rabat, rissen, wegnemen, korting, pier, aftrekken, dok, ...
- défausser en néerlandais - afdanken, afleggen, ontdoen, gooi, weggooien
- défauts en néerlandais - gebrek, gebreken, defecten, afwijkingen, fouten
- défaveur en néerlandais - afkeer, wraking, verwerping, tegenzin, afkeuring, schande, hekel, ...
Mots aléatoires
Défaut en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: misbruiken, zaad, derven, passeren, boeg, verzuim, uitstedigheid, misbruik, abuis, terugvallen, euvel, minus, beledigen, overgaan, absentie, nood, fout, schuld, klagen, klagen over, fout vinden
Traductions: misbruiken, zaad, derven, passeren, boeg, verzuim, uitstedigheid, misbruik, abuis, terugvallen, euvel, minus, beledigen, overgaan, absentie, nood, fout, schuld, klagen, klagen over, fout vinden