Régler en néerlandais
Traduction: régler, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
deuntje, reglementeren, schenken, linie, houding, overeenkomst, achten, vouw, regelen, baseren, tros, wedde, salaris, aanpassen, voldoen, zog, vestigen, beslechten, vereffenen, verrekenen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): régler
comment régler, régler antonymes, régler carburateur, régler conjugaison, régler dérailleur, régler dictionnaire de langue néerlandais, régler en néerlandais
Traductions
- réglementation en néerlandais - toezicht, heerschappij, bewind, controle, besturen, bestuur, leiden, ...
- réglementer en néerlandais - rantsoen, portie, schikken, vereffenen, reglementeren, reguleren, regelen, ...
- réglez en néerlandais - schikken, regelen, reguleren, reglementeren, vereffenen, reeks, stel, ...
- réglisse en néerlandais - zoethout, drop, licorice
Mots aléatoires
Régler en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: deuntje, reglementeren, schenken, linie, houding, overeenkomst, achten, vouw, regelen, baseren, tros, wedde, salaris, aanpassen, voldoen, zog, vestigen, beslechten, vereffenen, verrekenen
Traductions: deuntje, reglementeren, schenken, linie, houding, overeenkomst, achten, vouw, regelen, baseren, tros, wedde, salaris, aanpassen, voldoen, zog, vestigen, beslechten, vereffenen, verrekenen