Anhäufung in het nederlands
Vertaling: anhäufung, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
kudde, collectie, meeting, schare, bundel, bos, bijeenkomst, groep, verzameling, aggregatie, hoop, samenscholing, opeenstapeling, wis, opeenhoping, stel, ophoping, accumulatie, de accumulatie
Verwante woorden
Vertalingen
- anhäufen in het nederlands - tassen, opeenhopen, verzamelen, oogsten, accumuleren, rapen, afleiden, ...
- anhäufend in het nederlands - stapelen, opstapelen, hei, stapelen zich, stapelt
- anhäufungen in het nederlands - palen, pilings, zich het opstapelen, het opstapelen, opstapelen zich
- anhöhe in het nederlands - schelf, massa, hooiopper, aanaarden, boel, tas, menigte, ...
Willekeurige woorden
Anhäufung in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: kudde, collectie, meeting, schare, bundel, bos, bijeenkomst, groep, verzameling, aggregatie, hoop, samenscholing, opeenstapeling, wis, opeenhoping, stel, ophoping, accumulatie, de accumulatie
Vertalingen: kudde, collectie, meeting, schare, bundel, bos, bijeenkomst, groep, verzameling, aggregatie, hoop, samenscholing, opeenstapeling, wis, opeenhoping, stel, ophoping, accumulatie, de accumulatie