Bezahlen in het nederlands

Vertaling: bezahlen, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
schenken, uitbetalen, salaris, voldoen, storten, dokken, betaling, gage, betalen, wedde, bezoldiging, uitkeren, loon, verdienste, traktement, betaalt, te betalen, betaal, besteden
Bezahlen in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • bewölkung in het nederlands - wolken, clouds, bewolking, de wolken, hemel
  • bezahlbar in het nederlands - betaalbaar, te betalen, betalen, verschuldigd, betaald
  • bezahlend in het nederlands - betaalbaar, te betalen, verschuldigd, verschuldigde, Tegen betaling verkrijgbare
  • bezahlt in het nederlands - betaald, betaalde, betalen, besteed, uitbetaald
Willekeurige woorden
Bezahlen in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: schenken, uitbetalen, salaris, voldoen, storten, dokken, betaling, gage, betalen, wedde, bezoldiging, uitkeren, loon, verdienste, traktement, betaalt, te betalen, betaal, besteden