Affronteren in het duits
Vertaling: affronteren, Woordenboek: nederlands » duits
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
duits
Vertalingen:
schockieren, ehrenkränkung, schmähung, beschimpfen, kränkung, fetale, anfall, insult, beleidigung, verstoßen, beschimpfung, beleidigen, kränken, verletzen, zu beleidigen
Verwante woorden
Andere Talen
Verwante woorden: affronteren
affronteren antoniemen, affronteren betekenis, affronteren engels, affronteren grammatica, affronteren letters, affronteren talen woordenboek duits, affronteren in het duits
Vertalingen
- affiniteit in het duits - neigung, affinität, verwandtschaft, geistesverwandtschaft, Verwandtschaft, Affinität, Affinitäts
- affix in het duits - anhang, anbringen, Affix, aufkleben, befestigen, anzubringen
- affuit in het duits - kutsche, fiaker, abfuhr, wagen, wagenvorschub, anfuhr, schreibwagen, ...
- afgaan in het duits - schnattern, plappern, schwatzen, abgehen, autobahnabfahrt, diözese, ersehen, ...
Willekeurige woorden
Affronteren in het duits - Woordenboek: nederlands » duits
Vertalingen: schockieren, ehrenkränkung, schmähung, beschimpfen, kränkung, fetale, anfall, insult, beleidigung, verstoßen, beschimpfung, beleidigen, kränken, verletzen, zu beleidigen
Vertalingen: schockieren, ehrenkränkung, schmähung, beschimpfen, kränkung, fetale, anfall, insult, beleidigung, verstoßen, beschimpfung, beleidigen, kränken, verletzen, zu beleidigen