Wonen in het italiaans
Vertaling: wonen, Woordenboek: nederlands » italiaans
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
italiaans
Vertalingen:
capanna, popolo, campare, risiedere, baracca, vivere, gente, nazione, dimorare, volgo, vivo, sopravvivere, popolare, stare, abitare, esistere, vivono, vivere la
Verwante woorden
Andere Talen
Verwante woorden: wonen
actys wonen, antikraak wonen, begeleid wonen, beter wonen, direct wonen, wonen talen woordenboek italiaans, wonen in het italiaans
Vertalingen
- wondheelkunde in het italiaans - chirurgia, intervento chirurgico, la chirurgia, un intervento chirurgico, chirurgico
- wondteken in het italiaans - cicatrice, sfregio, cicatriziale, cicatrici, della cicatrice, scar
- woning in het italiaans - alloggiamento, residenza, domicilio, soggiorno, adattamento, famiglia, casa, ...
- woonplaats in het italiaans - abitazione, domicilio, residenza, dimora, soggiorno, luogo di residenza, di residenza
Willekeurige woorden
Wonen in het italiaans - Woordenboek: nederlands » italiaans
Vertalingen: capanna, popolo, campare, risiedere, baracca, vivere, gente, nazione, dimorare, volgo, vivo, sopravvivere, popolare, stare, abitare, esistere, vivono, vivere la
Vertalingen: capanna, popolo, campare, risiedere, baracca, vivere, gente, nazione, dimorare, volgo, vivo, sopravvivere, popolare, stare, abitare, esistere, vivono, vivere la