Служить in het nederlands

Vertaling: служить, Woordenboek: russisch » nederlands

Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
emplooi, functioneren, opleggen, besteden, maken, toepassen, huren, aanhouden, karwei, finaal, voorleggen, aanwerven, schooien, leggen, laatste, voortbrengen, serveren, dienen, bedienen, fungeren, te dienen
Служить in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • арбитраж in het nederlands - arbitrage, arbitrageprocedure, scheidsrechterlijke, arbitrale
  • верёвка in het nederlands - spoel, touw, koorde, klos, rol, koord, lijntje, ...
  • детерминированный in het nederlands - bepaald, welbepaalde, bepaalden, determinate, gedetermineerde
  • добро in het nederlands - zegen, weldaad, zegening, goed, goede, een goede, good
Willekeurige woorden
Служить in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: emplooi, functioneren, opleggen, besteden, maken, toepassen, huren, aanhouden, karwei, finaal, voorleggen, aanwerven, schooien, leggen, laatste, voortbrengen, serveren, dienen, bedienen, fungeren, te dienen