Engager en néerlandais

Traduction: engager, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
opleiden, bouwen, uitpikken, lanceren, rekenen, nagaan, zetten, oprichten, pand, wegdoen, fokken, kiezen, charteren, eisen, afzetten, opvoeden, engageren, gaan, nemen, deel te nemen, betrekken
Engager en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): engager

engager antonymes, engager conjugaison, engager conversation, engager conversation tinder, engager en anglais, engager dictionnaire de langue néerlandais, engager en néerlandais

Traductions

  • engagent en néerlandais - huren, ondernemen, verbinden, voeren, verbinden zich ertoe, verbinden zich
  • engageons en néerlandais - huren, belofte, onderpand, pand, verpanden, gelofte
  • engagez en néerlandais - huren, het eens zijn, overeenkomen, instemmen, afspreken, het eens
Mots aléatoires
Engager en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: opleiden, bouwen, uitpikken, lanceren, rekenen, nagaan, zetten, oprichten, pand, wegdoen, fokken, kiezen, charteren, eisen, afzetten, opvoeden, engageren, gaan, nemen, deel te nemen, betrekken