Afhandelen in het italiaans
Vertaling: afhandelen, Woordenboek: nederlands » italiaans
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
italiaans
Vertalingen:
assettare, fissare, finire, stabilirsi, risolvere, saldare, sistemarsi, comporre
Andere Talen
Verwante woorden: afhandelen
afhandelen antoniemen, afhandelen betekenis, afhandelen duits, afhandelen engels, afhandelen erfenis, afhandelen talen woordenboek italiaans, afhandelen in het italiaans
Vertalingen
- afhaken in het italiaans - sganciare, sganciarlo, sganciarla, sgancio, sganciare il
- afhalen in het italiaans - sembrare, sopportare, aspetto, dedurre, apparire, occhiata, parere, ...
- afhangen in het italiaans - dipendere, dipenderà, dipende, dipendono, dipenderanno
- afhankelijk in het italiaans - dipendente, dipende, dipendenti, dipendono, carico
Willekeurige woorden
Afhandelen in het italiaans - Woordenboek: nederlands » italiaans
Vertalingen: assettare, fissare, finire, stabilirsi, risolvere, saldare, sistemarsi, comporre
Vertalingen: assettare, fissare, finire, stabilirsi, risolvere, saldare, sistemarsi, comporre